Het weerstandsvermogen is de verhouding tussen de ongedekte financiële risico’s en de financiële weerstandscapaciteit om deze risico’s op te kunnen opvangen. Om een waardeoordeel te kunnen geven over het weerstandsvermogen is het noodzakelijk dat het wordt afgezet tegen een norm.
Een algemeen gehanteerde norm bij gemeenten is een waarderingstabel opgesteld door het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR) in samenwerking met de Universiteit van Utrecht:
Ratio waardering weerstandsvermogen | Betekenis |
---|---|
> 2,0 | Uitstekend |
1,4 – 2,0 | Ruim voldoende |
1,0 – 1,4 | Voldoende |
0,8 – 1,0 | Matig |
0,6 – 0,8 | Onvoldoende |
< 0,6 | Ruim onvoldoende |
In de onderstaande tabel wordt in de vorm van een ratio het weerstandsvermogen berekend.
Ratio | Jaarrekening | Begroting | Jaarrekening |
---|---|---|---|
1. Risicoprofiel | 8.156 | 7.754 | 9.938 |
2. Weerstandscapaciteit | 69.222 | 71.069 | 61.841 |
3. Ratio (verhouding tussen 1 en 2) | 8,5 | 9,2 | 6,2 |
4. Ruimte (verschil tussen 1 en 2) | 61.066 | 63.315 | 51.903 |
Bedragen x € 1.000 |
Uit voorgaande tabel blijkt dat het weerstandsvermogen gemeten aan de algemene norm van de NAR, uitstekend is. De geraamde totale weerstandscapaciteit voor 2024 is 6,2 maal zo groot als het risicoprofiel. Dit betekent dat de gemeente op basis van de risicoanalyse die gemaakt is, uitstekend in staat is om onverwachte ontwikkelingen op te vangen.